Binnenkort is het over en sluiten voor een van de bruutste en snelste Audi’s: de RS6. Er komt een nieuwe generatie, maar niet zoals we hem nu kennen: puur en zonder een stekker. Voordat de RS6 onder een nieuwe naam verdergaat als plug-in hybride, neemt de fabrikant uit Ingolstadt op gepaste wijze afscheid met de Audi RS6 GT die krachtiger, lichter en beter stuurt.
De RS6 GT is uitgerust met een geheel uit koolstofvezel opgetrokken motorkap, voorbumper, achterbumper en spatborden. Daardoor is de Audi 15 kg lichter dan de RS6 Performance. Het zijaanzicht van de RS6 GT wordt bepaald door de witte 22 inch zesspaaks velgen met daarachter keramische remschijven, ook dit zorgt voor ietwat gewichtsbesparing.
De 4,0-liter V8 met dubbele turbo levert net als in de RS6 Performance 630 pk en 850 Nm koppel. Daarmee knalt de stationwagen in 3.3 seconden naar 100 kilometer per uur en op de Autobahn is een topsnelheid van 305 km/h mogelijk. De RS6 GT is niet sneller dus, maar hij stuurt wel een stuk beter.
Audi heeft de RS6 GT een mechanisch verstelbaar onderstel gegeven, waarmee de auto 10 mm lager op het asfalt ligt. Dankzij de stuggere vering, de in drie standen instelbare schokdempers en dikkere stabilisatorstangen ligt de Audi RS6 GT strakker op de weg. Met 2.200 kg blijft het gewicht natuurlijk altijd een rol spelen, maar de wegligging is wel flink verbeterd volgens deze rijtest.
Autoweek mocht één van de 660 exemplaren die gebouwd worden testen en bepalen of de dik 300.000 euro kostende Audi RS6 GT een waardig uitzwaaimodel is.