In het tijdperk dat Formule 1-auto’s nog gebruik maakten van 3.0-liter V10-motoren, was het Britse Cosworth één van de motorbouwers voor priveteams. Om kosten te besparen en snel test- en ontwikkelingswerk uit te kunnen voeren, werd er een 0,3-liter eencilinder model gemaakt.
Met de eencilindermotor kon het ontwikkelingsteam een reeks zuigerveren, zuigers en andere onderdelen testen wat de racemotor zou kunnen verbeteren. In een nieuwe video van DriveTribe legt Bruce Wood, directeur aandrijflijnen bij Cosworth, uit: “At this point, we had no interest in emissions, this was just about performance development”.
De eencilinder leverde 90 pk en was in staat om 20.000 toeren per minuut te draaien. Waar de tiencilindermotoren een genot waren om naar te luisteren, was dat niet het geval bij de eencilinder volgens Bruce Wood. Een beetje zoals een 100cc kartmotor verwachten we.
Nu fabrikanten steeds meer gefocust zijn op downsizing lijkt deze 300cc eencilinder met 90 pk een goede motor voor een kleine stadsauto, maar niets is minder waar. Volgens Bruce Wood is de powerband erg klein en komt de motor bij 14.000 toeren pas echt tot leven. En hij is allesbehalve zuinig.
Video: Cosworth 300cc 1-cilinder
